Vipava vallei en Brda

23 september 2019 - Saksid, Slovenië

Poreč- Dornberk 140 km

Wine resort en camping Saksida

17 - 23 september

Door zijn mediterrane klimaat is het Vipavadal ook een goed wijngebied. Onze camping is op het terrein van een wijnboer. Vanaf ons plekje op een terras hebben we mooi zicht op de wijnranken en het omliggende dal, waar je ook mooi kan wandelen. Elke keer wanneer we terugkomen op ons plekje valt ons de serene rust op. We genieten ook een avond van een topklasse 6-gangen diner met bijpassende wijnen. Dit bevalt ons zo goed dat we de laatste avond nog een keer gaan.

Tweeenveertig dagen per jaar waait een harde wind, de bora, door het Vipavadal, dat de Alpen met de zee verbindt. De rivier stroomt door een karstdal. Wij ervaren die wind tijdens ons bezoek aan Štanjel, een typisch karstdorp, gebouwd tegen de helling van een heuvel. De ramen kijken uit op de zuidkant en de achterzijde ligt tegen de berg en beschermt tegen de wind. De kerk heeft een eigenaardige toren. De ene opvatting is dat hij op een citroen lijkt, de andere theorie is dat het een minaret is, zodat de vijandige Turken dachten dat de stad al ingenomen was. Het hele dorpje, ook de dakgoten is gebouwd uit karststeen. Onder de stadsmuur is in de jaren dertig de Ferrari tuin aangelegd. Heel bijzonder is dat wij door dit dorpje en de tuin bijna alleen lopen. Hier geen massatoerisme. Dat geldt ook voor de wandeling die we, iets verder in het dal over een oud schapenpad maken. Dat loopt veel beter dan het ezelspad van vorige week. Het pad gaat door een open landschap met wat lage bomen en struiken tussen stapelmuurtjes van het ene dorp naar het andere. 

Glooiende heuvels met wijngaarden en cipressen. Je waant je bijna in Toscane, maar we zijn in de regio Brda, het 72 km2 groot westelijk puntje van Slovenië, grenzend aan de Italiaanse streek Friuli. Om nog even lekker brood te kopen, rijden we via Italië naar Dobrovo. Vanaf het (oninteressante) kasteel kunnen we kiezen uit een aantal wandelingen genoemd naar verschillende kersenrassen. We wandelen op ons gemak en genieten volop van de omgeving en vergezichten. In een wijngaard wordt geplukt en wanneer wij vragen welke druivensoort het is, laat de plukster ons een tros Merlot plukken. De druiven zijn niet groot, maar lekker zoet.

Gaan we bungijumpen of fietsen, vragen we ons af, wanneer we over de hoge brug over de Soča fietsen. De eerste is niet in bedrijf, dus nemen we het vrijliggende fietspad dat golft en slingert tussen de blauwgroene rivier en de groene hellingen van Solkan naar Plave. Een mooie tocht over 22 km heen en terug, in de toekomst wordt het nog verder aangelegd.

Rijdend naar Predmeja op 900m hoogte over een 11 km lange, smalle, rustige weg met haarspeldbochten horen we een ratelend geluid. Lekke band! We doen de hesjes aan en zetten de gevarendriehoek neer. Om de krik enz uit de auto te halen, moet de volle achterbak leeg. Alles aan de kant van de weg en zorgen dat het niet wegwaait. Theo probeert de moeren los te maken, maar één ervan zit muurvast. Dan bieden Italiaanse wielrenners hun hulp aan. Samen komen we er na een tijdje ook achter, dat de reserveband die onder de auto hangt vanuit de achterbak los gaat. Na 30 minuten en heel veel dank aan onze helpers rijden we weer de berg af, op zoek naar een garage. We hebben niet veel hoop want het is zaterdag. Bij de ingang van het stadje zitten er een aantal en bij de Volkswagengarage zien we zowaar een monteur.  Het blijkt 10 minuten voor de zaterdagmiddagsluiting, maar gelukkig willen ze ons helpen. We laten gelijk maar beide achterbanden vervangen. Twee uur later dan gepland komen we bij Predmeja aan. Om naar het begin van de wandeling te gaan, moeten we nog 5 kilometer over een gravelweg. Daar zien we maar van af en passen de wandelroute aan. We lopen heerlijk in de zon over een hoogvlakte met boerderijen, vakantiehuizen. 

Alleen de rit naar Idrija door de bergen is al een genot. Vanaf 1490 tot 2006 heeft men hier kwik gewonnen uit de grootste kwikmijn ter wereld. Door het verbod op kwik kelderde de prijzen en is de mijn gesloten. We bezichtigen deze vanuit de ingang van de 500 jaar oude Antoniusschacht. Na een klankbeeldshow met Nederlandse audio, krijgen we een helm en een jas en gaan we op pad door de nauwe schacht. Er staan verschillende diorama’s opgesteld, waarbij de gids wat verteld. Na anderhalf staan we buiten, blij weer wat frisse lucht te hebben. De mijnwerkers stonden de hele dag in de vochtige, tochtige mijn voor een zo’n schamel loontje, dat de vrouwen bijverdienden met kantklossen. Het kantwerk van Idrija is nog steeds beroemd. Het enorme waterrad dat voor de energie zorgde kreeg water uit gegraven kanaaltjes, waar we na het bezoek een wandeling langs maken. Terug op de camping vallen de eerste druppels. 

Morgen vertrekken we richting Llubjana. De weersverwachting is wisselvallig, maar meestal valt dat wel mee. 

Foto’s

5 Reacties

  1. Truus:
    23 september 2019
    🥂🍇Na genoten te hebben van de mooie foto,s en het lezen van jullie reiservaringen kwam ik de pech tegen van de auto🚐 waarvan er een band lek was gegaan. Wat fijn dat er ook in een ander land zulke lieve helpers zijn om jullie in dit lastige klusje te helpen. Na een bezoek aan de garage konden jullie de reis weer hervatten en ik hoop dat, dat zonder pech mag gaan gebeuren.🍇🥂Wens jullie heel veel reisplezier.🥂🍇
  2. Pauline:
    23 september 2019
    Zo te zien hebben jullie weer mooie plekjes gezien.
    Bram vroeg zich af of de wielrenners nu de wedstrijd nietverloren hadden nu ze jullie geholpen hebben😂
  3. Helma Leijte:
    23 september 2019
    Wat een mooi gebied en zo te horen ook een leuke camping. Dat lekkere eten, ook op de camping?
  4. Wil:
    23 september 2019
    Ja eten is op de camping. Echt een aanrader, vlakbij Italië
  5. Elise:
    23 september 2019
    Wat een prachtige reiservaringen en foto's! Het gebied waar jullie deze vakantie doorheen komen ken ik nog niet, maar kan zeker op onze vakantie to do lijst.
    Geniet nog van jullie reis met hopelijk zonnig najaarsweer.